Page 26 - Nieuwedieper Visserskoor
P. 26
Reporter: “De AID is belast met de opsporing van de overbevissing. De AID heeft de hele nacht
gepost aan de kade en komt meteen aan boord van het eerste binnengelopen schip voor een
controle”.
Albert van Urk: “Wij hadden hier op Urk een paar mensen zitten. Dat waren AID’ers. Deze mensen
zeiden wel eens tegen ons, als om 6 uur het lampje uit gaat, dan zijn wij weg. Nou dan konden wij
lossen. Toen op een keer hadden we wat gevangen. We lagen hier op het IJsselmeer te drijven.
Toen kregen we vanuit de wal het bericht dat het lampje niet uit ging, want er was een andere
ploeg gekomen. Er was ook al een helikopter boven ons langs gegaan, dus dat is foute boel. De
één vloog naar Schokkerland en de ander ging schutten in Lelystad of voer naar Broekerhaven.
Nog een ander ging naar Stavoren. Wij lagen daar ook en lieten een IJsselmeerkotter komen die
daardoor diep vol geladen was. Deze zonk bijna en ging toen op de Lemmer af. Zodoende
kwamen we buiten de AID controles. Toen we terug kwamen in Urk hadden wij, ieder schip, 60
kisten aan boord en zo konden ze ons niets maken. Er is wat afgesjoemeld hierzo. 1000 Kisten
per week, maar het loopt altijd stuk. Het maakt niet uit wat je aan list en bedrog verzint, maar op
een keer komt er een dag”.
Reporter: Aan boord van het schip “Jonas” controleren inspecteurs van de AID of er verboden vis
gevangen is. Men treft kisten vol schol aan en de visser moet mee voor verhoor. “Ja meneer Post,
het zij zo. Ik zeg u bij deze proces-verbaal aan en er komt altijd nog de vraag: wilt u deze zaak
schikken of niet schikken”? Visser Post zegt: “Schikken doe ik voor een parkeerbon. Ik schik niet.
Ik voel mij persoonlijk bestolen”.
Reporter tegen Ben Daalder: “Wat dacht u in die tijd over de AID’ers?” Ben: “Als ze voor de auto
komen –gas geven- Ja, dat klinkt crue, maar dat ging echt scherp toen”. Een andere visserman:
“Ik was des duivels. Ik kon daar niet tegen. Ik heb van alles uitgehaald met die mannen. En toen
heb ik een brief opgehangen: “Iedere visserman krijgt een premie van duizend gulden voor iedere
doodgeslagen AID’er die hij aflevert bij de vuilverbranding Groningen”. Zo ver zat het in m’n
hersens.”
Reporter: De onrust houdt aan en iedereen lijkt er bij betrokken. In 1988 doet de AID een inval bij
de visafslag in Urk. De inspectie denkt dat er sprake is van een grootschalige fraude. Het is dat er
wordt vermoed, dat er sprake is van visfraude, dat met name in Urk hard is aangekomen.
Andries Buijs, burgemeester van Urk: “Het begrip fraude is zo zwaar geladen, dat ik daarover niet
wil spreken. Ik werp dit verre van mij. Ze moeten het maar bewijzen”.
Reporter: De vissers zaten behoorlijk in de rats. Ze wisten dat de AID de verkeerde documenten
had meegenomen. Met name de cijfers van de vissers op het IJsselmeer. Niet die van de
Noordzee. Juist die cijfers toonden aan dat de Urker vissers juist veel te veel vis aan wal hadden
gebracht. Urker betrokkene tijdens een bijeenkomst: “Zeg jongens, die vergissing komt uit. Die vis
moet weg, want als dat boven water komt zal de vloot drastisch gekort worden met als gevolg
werkeloosheid. Ik heb toen tegen de voorzitter gezegd, dat ik ze dan wel zal verbranden. Ik heb ze
toen verbrand”.
De Patrijspoort / mei 2018 / 24